Fred Debrock

Op 12 april gaat WASCO! in première. Een kleurrijke action painting performance met tien jonge kinderen op scène. Vroeg in het repetitieproces verkent ambassadeur Yuna (9) de met verf bekladde set. Wat zijn choreograaf Lisbeth Gruwez en muzikant Maarten Van Cauwenberghe (Voetvolk) hier van plan?

Yuna: Wat is hier allemaal gebeurd?

Lisbeth: We wilden met onze dansers uitzoeken hoeveel verf we gaan gebruiken. Ik vrees echter dat we dat wat te groots opgevat hebben (lacht). De set is nogal vuil geworden.
Maarten: Vuil? Ik vind het net heel mooi.

Yuna: Het stuk heet toch WASCO! en niet VERF

Lisbeth: We gaan inderdaad samen een groot kunstwerk maken met wasco en met verf. Want je hebt eerst een onderlaag nodig, een aparte textuur. Verfspatten zijn daarvoor ideaal.
Maarten: Op dat reusachtige schilderij komen dan grote stroken papier waarop de jonge dansers met wasco gaan tekenen.
Lisbeth: We kozen de titel ook omdat wasco een tof woord is en het refereert naar “what’s going on?” in het Engels, wat kinderen uitspreken als “Wasco’ing on?”.


Yuna: Werken jullie vaak met kinderen?

Lisbeth: Neen, het is de allereerste keer. Heel spannend.
Maarten: Samen met hetpaleis selecteerden we tien jonge performers tussen 6 en 12 jaar. Bij Voetvolk zijn we altijd op zoek naar nieuwe vormen van dans en samenwerkingen. Een voorstelling maken met kinderen stond nog op ons verlanglijstje. Toen de vraag van hetpaleis kwam, hebben we dan ook niet lang getwijfeld.

Yuna: Hoe waren de eersterepetities?

Lisbeth: Geweldig. Ik hou van de manier waarop kinderen denken, hoe ze fantaseren, hoe ze zijn.
Maarten: We kijken nu vooral naar hoe ze bewegen. En hoe we dat wat kunnen sturen. We zien wel of het ons lukt.
Lisbeth: Als je hen gewoon wat laat doen, gebruiken ze vaak de meest fantastische moves die je als choreograaf nooit zou kunnen bedenken.

Yuna: Jullie gaan tekenen én dansen. Wat hebben die twee met elkaar gemeen?

Lisbeth: Ik teken zelf heel graag en ben gefascineerd door action painters. Zij leggen een groot doek op de grond en zwieren er met hun borstels dikke klodders verf op. Vooral de beweging, de energie die op het kunstwerk komt, is daarbij belangrijk.
Maarten: Een van die schilders, Jackson Pollock, deed dat op jazzmuziek. Dus we dachten: ‘tof, dat gaan wij ook doen’. De kinderen luisteren dus naar muziek, tekenen én dansen tegelijk.
Lisbeth: Choreografie wil eigenlijk zeggen: tekenen in de ruimte. En dat gaan we nu doen.

“Choreografie wil eigenlijk zeggen: tekenen in de ruimte. En dat gaan we nu heel letterlijk doen.” — Lisbeth

Yuna: Hoe zal de muziek klinken?

Maarten: Ik kies voor jazzmuziek die gespeeld werd tussen 1945 en 1965.
Lisbeth: Dat is ook de periode waarin action painting is ontstaan.
Maarten: De verschillende soorten jazzmuziek die toen werden gecomponeerd, zijn allemaal familie van elkaar. Dat geeft de grenzen aan waarbinnen we kunnen spelen.
Lisbeth: Anders zijn de mogelijkheden oneindig.
Maarten: Met al die stukjes jazz creëer ik een aparte wereld.
Lisbeth: Zoals een dj.

Yuna: Kan je er goed op dansen?

Maarten: Als we met Voetvolk bestaande muziek kiezen, is dat bijna altijd muziek die ondansbaar wordt geacht. Zo maakten we ooit een voorstelling op muziek van Bob Dylan...
Lisbeth: ... en daar kan je écht niet op dansen. Althans dat dacht men. En ook nu merken we dat onze jonge performers verrassend snel hun weg vinden in die jazzmuziek.
Maarten: Misschien komt dat wel, omdat jazz zo verschillend kan zijn. Soms is de muziek heel wild, soms hoor je slechts een paar subtiele noten.
Lisbeth: Het zijn ook heel muzikale kids. Als de muziek start, beginnen ze meteen spontaan te bewegen. Alsof ze de noten hebben ingeslikt.
Maarten: Jazz is ook vrijheid. Die vrijheid willen we zeker binnenbrengen in de voorstelling.

Yuna: Kunnen kinderen meer dan volwassenen?

Lisbeth: Ze zeggen soms dat iedereen kan tekenen, maar dat is eigenlijk niet zo. Alle kinderen kunnen wel tekenen. Spontaan, onbewust, zonder nadenken. Dat levert soms heel mooie tekeningen op.
Maarten: Tekeningen die volwassenen vaak niet meer kunnen maken.
Lisbeth: De mooiste tekeningen die ik al heb gezien, en die met een magneetje tegen mijn koelkast hangen, komen van kinderen. Soms is het iets wat ze natekenen, een poes of hun gezin, soms is het pure energie. Dan zie ik daar echt dans in.

“Er staat niemand op scène die ouder is dan 12 jaar. Dat maakt de voorstelling bijzonder.” — Maarten

Yuna: En dat gaan jullie tonen op het podium?

Lisbeth: We willen de kinderen leren hun bewegingen héél groot te maken. Geen A4’tje waarop ze mooi binnen de lijntjes kleuren. Ze mogen met al hun zotheid spetteren op grote vellen papier.
Maarten: Kinderen komen ook altijd met iets nieuws.
Lisbeth: Dat klopt. Oudere dansers zullen sneller een mooie beweging herhalen, kinderen blijven onvoorspelbaar. Ik ben heel benieuwd. Ik heb er vertrouwen in, maar voor hetzelfde geld heb ik over drie maanden grijs haar (lacht).

Yuna: Hoe hebben jullie de kinderen samengebracht?

Maarten: Via een reeks audities. Ik geloof dat we meer dan honderd kinderen hebben gezien.
Lisbeth: Aangezien we maar tien kinderen konden selecteren, moesten we elke performer dus een beetje leren kennen...
Maarten: De ene heeft gevoel voor timing, een andere kan goed beslissingen nemen. Nog iemand anders houdt alles goed in de gaten of heeft een groot verantwoordelijkheidsgevoel.
Lisbeth: Zo hebben we de ploeg stap voor stap samengesteld. Een soort mini-maatschappij waarbij iedereen zijn plaats vindt en goed met elkaar kan samenwerken.
Maarten: Dat maakt het stuk ook zo bijzonder: er staat niemand op scène die ouder is dan 12 jaar.
Heel uitzonderlijk. De kinderen dragen een grote verantwoordelijkheid.

Yuna: Wat hebben jullie zelf al bijgeleerd van de kinderen?

Lisbeth: Hoe mooi een gevoel kan zijn. Bij oudere dansers moet je soms eerst enkele lagen eraf peuteren voor ze zich kunnen overgeven. Bij kinderen gaat dat vanzelf.
Maarten: Kinderen kunnen ook volledig opgaan in hun concentratie als ze iets écht leuk vinden.
Lisbeth: En ze zijn ook onvoorspelbaar. Ik hou daar echt van.

Yuna: Wordt het dan een improvisatie-voorstelling?

Lisbeth: Een beetje, maar binnen bepaalde regels. We willen wel wat controle houden, bijvoorbeeld op de kleuren en de muziek. Maar het ritme hebben we niet in de hand.
Maarten: Het blijft de bedoeling dat er veel vrijheid en zottigheid in de voorstelling zal zitten.
Lisbeth: Het wordt een spel tussen de dansers en het papier. Tijdens de repetities onderzoeken we hoe ver we daarin kunnen gaan.
Maarten: En dat maakt dat we pas helemaal op het einde van het repetitieproces een idee zullen hebben over de vorm. Het worden spannende weken...

 

WASCO!

hetpaleis & Voetvolk/ Lisbeth Gruwez & Maarten Van Cauwenberghe

2023 - 2024
12 apr 24 - 30 jun 24