hetverhaal van Marina
Marina: "De kleine momenten onder collega’s, die zijn mij het dierbaarst."
Wie recent of minder recent aan de hetpaleis-kassa passeerde, kent haar: onze Marina. Ze startte haar loopbaan in 1980 in de toen spiksplinternieuwe Stadsschouwburg, vandaag gaat ze met welverdiend pensioen. Al haar verhalen voor onszelf houden, zou niet eerlijk zijn. Hoog tijd voor een interview, want hetverhaal van hetpaleis, dat is ook hetverhaal van Marina.
Kan je je eerste werkdag nog herinneren?
Oh ja, ik ben in 1980 gestart als medewerker gebouw, zoals nu ook nog steeds gebeurt met nieuwe medewerkers, kreeg ik een rondleiding door de Stadsschouwburg. Op dat moment huisde het KJT, de KNS en ook de Koninklijke Balletschool in het gebouw. Vooral het naaiatelier, met Mimi Peetermans, maakte grote indruk op mij.
Mijn werkplek, de portiersloge, was dé plek bij uitstek om koffie te halen, te lunchen of een babbeltje te slaan. Een kantine zoals we die vandaag in hetpaleis hebben, bestond toen nog niet.
Ik heb fijne herinneringen aan die eerste jaren. En ik mocht natuurlijk ook naar voorstellingen gaan kijken. Zo was er Ghetto van KNS, een voorstelling waar een trein op scène stond. Of Het kleine wilde dier, een heel speciale voorstelling. Een keer per jaar mocht het KJT immers in de ‘grote’ zaal van het KNS, mét draaitoneel, spelen. De spanning die op zo’n dagen in huis hing, maakte het extra leuk.
Toen ik later zelf kinderen kreeg, kwam ik uiteraard ook met hen. We zagen bijvoorbeeld Annie en Suske en Wiske, de musical; toen waren musicals nog erg speciaal.
In 1998, toen de KNS al zijn intrek had genomen in de Bourla en het KJT, HETPALEIS werd, had ik zin in een nieuwe uitdaging en ben ik deel geworden van het onthaalteam. Helemaal op mijn plek was ik daar, want het is ook het team waar ik vandaag afscheid van neem.
Doorheen de jaren zat je op veel verschillende plekken met de kassa, wat was je favoriete plek?
Daar hoef ik niet lang over na te denken, ik zat het liefst waar nu de speelhoek is.
Alhoewel… toen er voor het eerst sprake was van de mobiele balie die we nu gebruiken, had ik zo mijn twijfels. Maar eigenlijk vind ik dit meubel het leukste. Als de zon schijnt, ontvangen we de klassen buiten op het plein. Heerlijk! Zo gemakkelijk ook, een kassa op wielen, vooral bij locatievoorstellingen. Afgelopen seizoen bijvoorbeeld nog Pied de Poule van Studio Orka, maar ook vroeger maakten Piet Arfeuille en Arne Sierens prachtige locatievoorstellingen. Aan Mijn Blackie, dat in Borgerhout speelde, heb ik mooie herinneringen. Soms is een locatieproject ook kassa doen in weer en wind of op een akelig donker Schoonselhof (voor de voorstelling In Memoriam van Hanneke Pauwe, nvdr). Dat vond ik toch wat spannend.
Jij bent onze scholenexpert! Als iemand in huis iets wil weten over de schoolprogrammatie, dan komen ze naar jou. Hoe ging de evolutie van de verkoop van de schoolvoorstellingen?
Oh, die evolutie is ontzettend groot. De eerste jaren was dat goed in de hand te houden. Scholen werden aangeschreven, om 9u gingen de deuren open, er was koffie en per school kwam er iemand zich aanmelden aan de kassa. Na het reserveren stuurden we een bevestiging per post naar de school. Die moest dan gehandtekend teruggestuurd worden. Uiteraard stuurde niet elke school dat terug en kwamen er soms scholen niet opdagen. Nu ja, dat is een van de dingen die doorheen de jaren niet veranderde.
Mettertijd werden de voorstellingen populairder en kwamen leerkrachten al vroeg in de ochtend om hun plek te verzekeren. Er lag toen veel druk bij de mensen van de kassa om de leerkrachten zo snel mogelijk te helpen en zoveel mogelijk reservaties te doen. Nu verloopt alles online, met een aanmeldsysteem en een wachtlijst en een (eerlijke) loting. Het contact met de leerkrachten, dat is gelukkig in al die jaren onveranderd gebleven.
Zijn er zo nog grote veranderingen geweest die je van dichtbij hebt meegemaakt?
Jazeker, ook de manier van werken is nu helemaal anders. Helemaal in het begin mochten enkel de verantwoordelijken van een afdeling rechtstreekse buitenlijnen gebruiken. Iedereen anders moest bij ons, de telefonisten, toestemming vragen om een buitenlijn te kunnen bellen. Op het einde van de maand moesten we dan de telefoonrekening uit elkaar halen voor KJT, KNS en de Koninklijke Balletschool. Op grote bladeren noteerden we wie wat moest betalen. Heel precies werk.
Een groot contrast met alle thuiswerkmogelijkheden die er sinds de coronacrisis zijn. Met de ticketlijn bellen we nu zelfs digitaal. Ik had nooit gedacht dat dat mogelijk zou zijn. En hoewel het soms handig is om thuis te werken, zit ik toch gewoon liefst aan mijn bureau in de Meistraat.
Een andere evolutie die rechtstreeks impact heeft gehad op mijn jobinhoud is de mogelijkheid om online tickets te kopen. Vroeger moest bijna iedereen zijn ticket nog aan de kassa betalen, waardoor de kassashiften veel drukker waren.
Als onthaalmedewerker gebruik je dagelijks de brochure en ken je die van voor naar achter en weer terug. Welke brochure is je favoriet?
We hebben een aantal jaren een heel klein boekje gehad met lijsten per voorstellingen. Ontzettend handig, want er was toen nog geen website. Het seizoen nadat het helemaal op punt stond, werd het afgeschaft. Zo’n dingen heb je dus overal.
Je gaat er prat op dat je geen enkele personeelsdag gemist hebt sinds 1998, maar wat was de leukste?
Goh, er is er eigenlijk nooit eentje geweest die niet leuk was. We hebben één keer wel veel pech gehad. We hadden een uitstap met een boot en hadden afgrijselijk slecht weer.
Ook mijn allereerste personeelsdag herinner ik me nog levendig: we gingen naar de zee, hielden er een competitie zandkastelen maken en reden met de go-cart. ‘s Avonds zijn we toen naar de Sinksenfoor gegaan en uit eten bij Den Artist.
Kijk je ernaar uit om met je kleinkinderen naar hetpaleis te komen?
Ja! Door de coronacrisis ben ik immers niet zoveel kunnen komen. Vorig jaar ging ik met mijn kleindochter naar This side up, een voorstelling van BATMAT, van en met Carli Gellings die ik nog ken van toen ze suppoost was in hetpaleis. Niets leukers dan al die oud-suppoosten en ex-collega’s, zoals bijvoorbeeld ook Dalilla Hermans, vanop een afstandje te blijven volgen en hen hun weg te zien vinden. Het is dus zeker de bedoeling om mijn kleinkinderen, tussen hun buitenschoolse activiteiten door, zoveel mogelijk mee te nemen. En dat kan ook ook voor een koffie in hetgeluk zijn. Wat mij betreft de allergezelligste plek in ons gebouw!
Over dat gebouw gesproken, de plannen over de afbraak, wat doet dat met je?
Ik geloof niet dat het gebouw snel zal afgebroken worden. Alles leeft hier, zéker op zaterdag en zondag. Daar gaan ze toch geen put van maken? Ik voel wel wat voor het idee van een groot kinderkunstencentrum.
Naast onthaalmedewerker was je -onofficieel- ook HR-medewerker: suppoosten met liefdesverdriet, leerkrachten op zoek naar een passende voorstelling voor hun klas, overwerkte collega’s, iedereen was welkom aan je kassabalie. Wat ga jij het meest missen?
Ik dacht altijd dat ik Magda het meeste zou missen. Zij was mijn vaste collega sinds jaar en dag en ging enkele jaren geleden met pensioen. We werkten goed samen, regelden alles zelfstandig, verdeelden het weekendwerk. Gouden tijden, mijn periode met haar.
Maar nu vind ik het ook erg fijn om een kantoor te delen met alle leden team publiek en hun collegialiteit te voelen. Ik sluit in schoonheid af en ik kijk met plezier terug. De kleine momenten onder collega’s, die zijn mij het dierbaarst.
En van de kleine momenten naar de grote projecten... Welke blijven je bij?
Grote locatieprojecten, zoals het Tweetaktfestival, die zal ik nooit vergeten. Al had ik toen ook vaak stress toen ik aan het einde van een shift met dikke pakken Belgische Franken te voet naar het bankkantoor moest lopen. De jongste jaren heb ik vooral kunnen genieten. Little Amal, afgelopen seizoen, is daar een mooi voorbeeld van. Zeker toen we haar met alle hetpaleis-collega’s mochten begeleiden op haar tocht naar het Theaterplein. Mooier wordt het niet.